Zoals je al in één van mijn eerdere verhalen kon lezen is de Stubairegio in Tirol (Oostenrijk) een fantastische plek als je van actie en avontuur houdt. Liefhebbers van de Oostenrijkse bergen kennen de regio natuurlijk allang, maar kort geleden zijn ze er een mooi charmeoffensief gestart om de regio onder nog meer reizigers onder de aandacht te brengen.
7 bergtoppen vereeuwigd in de Seven Summits
Sinds 2015 kun je de Seven Summits beklimmen. Van meer dan honderd hoge bergen in de Stubairegio zijn de mooiste tot één van de zeven bergtoppen van de Seven Summits uitgeroepen. De zeven bergtoppen zijn niet per se de hoogste, ze zijn wel het meest karakteristiek. Elke berg van de Seven Summits heeft een eigen verhaal, en is met recht onderdeel van deze nieuwe ‘attractie’ in het Stubaidal.
Onder de Seven Summits vallen de volgende bergen: Serles (2717m), Hoher Burgstall (2611m), Elfer (2505m), Habicht (3277m), Rinnenspitze (3003m), Wilder Freiger (3418m) en de Zuckerhütl (3507m).
De zeven bergtoppen variëren in moeilijkheid, waarbij de Elfer en de Hoher Burgstall als meest toegankelijke bergen gezien worden onder alpinisten. Zuckerhütl en Wilder Freiger zijn de meest uitdagende van de zeven bergen, hier is een mountainguide en ruime ervaring met klimmen voor nodig. Ik beklom zelf de Rinnenspitze en was daarvoor nog redelijk onbekend met de bergsport. De enige berg die ik ooit beklommen had, was de 4092 meter hoge Mount Kinabalu in Borneo, Maleisië. Ik vond de beklimming van de Rinnenspitze een bijzonder toffe maar tegelijk vrij pittige klim :).
De tocht naar elk van de zeven bergtoppen begint bij één van de dichtbij gelegen berghutten. In de informatiefolder van de Seven Summits Stubai kun je makkelijk inzien welke berghut bij welke bergtop ligt. Hier lees je tevens uitgebreide beschrijvingen van elke berg en daarbij zie je ook de zwaarte (fysiek en qua techniek) van de tocht. Je kunt deze uitgebreide informatie ook online lezen. Bezoek hiervoor de speciale Seven Summits pagina op de officiële Stubai.at website.
Zelf beklom ik de Rinnenspitze met 11 anderen. Mountainguides Robert en Benjamin van Bergführerbüro Stubai hielden ons die dag in de gaten. We werden vergezeld door de bekende alpinist Heinz Zak, afkomstig uit de regio, en groot fan van de bergen rondom het Stubaidal. Heinz is een zeer ervaren bergbeklimmer, huisfotograaf van de Stubairegio en tevens één van de adviseurs bij de totstandkoming van de Seven Summits. Hij komt uit de regio en had ons de avond ervoor een mooie uitleg gegeven over het Stubaidal, over de bergen en over fotografie. Ook vertelde hij diverse malen dat dit één van de makkelijkste bergen van de Seven Summits was, maar hij vergat erbij te vermelden dat het vooral voor ervaren alpinisten een simpele bergbeklimming was :).
De Rinnenspitze is het beste bereikbaar vanaf de Franz-Senn-Hütte (2147m), hoewel je ook gewoon vroeg in de ochtend vanuit je hotel in het Stubaidal kunt vertrekken. De meeste wandelaars rijden eerst naar Oberissalm (of nemen een taxi naar Oberissalm), vanwaar de wandeltocht van zo’n 1,5 uur naar de Franz-Senn-Hütte begint, met vervolgens de klim naar de Rinnenspitze. Je loopt in ongeveer 2 uur naar de top, afhankelijk van het weer en je eigen conditie.
Wij verbleven zelf in de Franz-Senn-Hütte, waar we de middag ervoor waren aangekomen. Je hebt er kamers voor 2, 3 en 4 personen. De kamers zijn basic maar prima. Het eten is er heerlijk en de sfeer was fantastisch. Vanaf de hut kun je naast de Rinnenspitze diverse andere activiteiten ondernemen (zoals de Via Ferrata).
De ochtend van ons vertrek was regenachtig en somber. De foto’s die we maakten hadden meteen een dramatisch karakter. De kans op schitterende uitzichten leek bij vertrek al nihil, maar dat hoort er natuurlijk allemaal bij. We vertrokken om 6.30 vanaf de accommodatie. Omdat we beginners waren kregen we allemaal een veiligheidsset bestaande uit een harnas, kabels en twee karabijnhaken. De hoofdlamp was niet nodig, want het was immers al licht. Goede wandelschoenen en wandelkleding in laagjes waren vooraf al aanbevolen.
We liepen eerst een kort stuk naar de bergvoet, en vanaf dat moment ging het direct omhoog. Het eerste uur bestond uit een flinke stijging, maar het was nog niet zo heel zwaar. Vanaf de plek met de bordjes naar de Rinnenspitze Summit (naar boven) en naar de Rinnensee (linksaf) werd het steeds pittiger. Ervaren klimmers haalden mij links en rechts in, maar omdat ik gewoon lekker mijn eigen tempo liep ging het uiteindelijk prima. Het laatste deel voor de weg naar de top is vrij steil, dit voelde ik goed in mijn benen. Het laatste stuk naar de top loop en klim je al klettersteigend over de bergrug. Hier kan je met het harnas aan de stalen lijnen vasthaken, maar dit hoeft niet.
Je klimt in ongeveer 15 minuten naar de top, waar je als je geluk hebt van een werkelijk adembenemend uitzicht kunt genieten. Heb je geen geluk, dan sta je in de wolken, maar dan nog kun je van schitterende dramatische uitzichten genieten. Aan de achterzijde van de Rinnenspitze heb je fantastisch zicht op de gletsjer. Bij het kruis op de top heb je een informatiebord. Je kunt hier tevens je Seven Summit stempel op je ‘gipfelpass’ laten zetten. Heb je drie stempels dan krijg je bij de plaatselijke VVV een mooi T-shirt van de Seven Summits als herinnering. Krijg je de hele stempelkaart vol, dan wacht de enige echte Seven Summits trofee op je.
De terugweg is vanzelfsprekend belastend voor de knieën. In rustig tempo ben je echter in 20 minuten weer bij de afslag met de twee paden, één naar beneden en één naar de Rinnensee. Een bezoekje aan de Rinnensee mag je niet overslaan. Dit is een van de mooiste bergmeren in de regio. Toen wij er aankwamen zagen we een paar wildkampeerders die er net hun tent aan het afbreken waren, nadat ze er een nacht hadden geslapen.
Eén uitzicht op alle zeven bergtoppen
Bij de Starkenburger Hütte kun je genieten van een werkelijk schitterend uitzicht op alle zeven bergtoppen van de Seven Summits. Deze berghut ligt op 2237 meter hoogte, op weg naar de top van de Hoher Burgstall, één van de makkelijkst bereikbare bergtoppen van de Seven Summits. Je hebt hier ook het monument (bij de Seven Summits Stubai-Aussichtsplatz) met 7 iconische pilaren die elk voor één van de bergtoppen staan.
Benodigdheden
Hieronder volgt een kleine checklist met zaken die je mee zou moeten nemen als je één van de bergen van de Seven Summits in de zomermaanden gaat beklimmen.
Daypack
Veiligheidsset (harnas, karabijnen, te huur op meerdere plekken in Stubai)
Zonnebrand
Waterfles met water (bijvullen kan in de diverse beekjes)
Seven Summits stempelkaart
Kleding in laagjes, met in elk geval een regenjas en een warmere laag voor als je slecht weer op de top hebt.
Handschoenen als je het snel koud hebt
Zonnebril (of sportzonnebril)
Snacks of bv Dextro zuigtabletten
Goede, stevige wandelschoenen (doe het niet op gympen o.i.d.) en wandelsokken
Wandelstokken zijn een pré (kun je huren in de Franz-Senn-Hütte)
Hoofdlamp (als je in het donker vertrekt voor de zonsopkomst)
Mobiele telefoon (installeer vooraf de alarmapp van de bergreddingsdienst van Tirol)
EHBO kit
Toiletspullen (als je in één van de berghutten wilt overnachten)
Ben je een onervaren klimmer? Regel dan een berggids bij de Franz-Senn-Hütte, in Neustift of Fulpmes. Onze berggidsen kwamen van Bergführerbüro Stubai en zij kennen de route en het gebied uit hun duimpje, wat een tocht veel prettiger maakt. Wist je dat er in Oostenrijk in totaal 1500 mountainguides zijn (waarvan 50 in het Stubaidal)?
Accommodatie in het dal
Wij verbleven zelf enkele dagen in het dal in Vitalhotel Edelweiss, een luxe wellnesshotel met fijne kamers met schitterend uitzicht over de Oostenrijkse Alpen (lees hier mijn uitgebreide review van dit heerlijke hotel). Dit is een absolute aanrader als je even lekker bij wilt komen na een tocht naar een van de zeven bergtoppen. Enkele andere populaire hotels in het Stubaidal zijn (bekijk hier alle hotels in het Stubaidal):
De centrale plaats is Neustift im Stubaital. Hier heb je alle accommodatie en van hieruit vertrek je via diverse wandelroutes naar een de zeven bergtoppen. Neustift ligt op zo’n 20 minuten rijden vanaf Innsbruck, de grootste stad in de regio. Innsbruck is bereikbaar met de auto, de trein en met het vliegtuig (let op; er wordt niet dagelijks op de stad gevlogen). Wij vlogen goedkoop op Munchen Airport in Duitsland, en namen daar de minibus die ons in nog geen 3 uur naar onze accommodatie in Neustift bracht (we werden op de luchthaven door de chauffeur opgewacht). Een busticket kostte €88 retour en de dienst werd aangeboden door Four Seasons Travel.
Heb je leuke tips die je met ons en met de andere lezers wilt delen? Ken je toffe plekjes in Oostenrijk die we tijdens onze volgende trip naar het land zeker moeten bezoeken? Deel je tips en andere weetjes door hieronder een reactie achter te laten.
Ga je binnenkort zelf op vakantie naar Oostenrijk en heb je vragen m.b.t. accommodatie, vervoer, attracties en andere bezienswaardigheden of heb je input nodig met het opstellen van je reisplan? Stel je vragen hieronder of in onze reiscommunity.
Wil je verder makkelijk op de hoogte blijven van onze avonturen? Volg dan onze Facebook pagina.
